We moeten weer van ons water gaan houden
Eutrofiëring, peilbesluiten, infiltratievoorzieningen, KRW-doelen, WKO’s, retentiebekkens, overstorten, wadi’s, defosfatering, blauwgroene verbindingen, natuurvriendelijke oevers, RWZI, kwelwater, deltaprogramma, piping, watertoets, gemaalcapaciteit, aquathermie, waterbuffering.
Bent u daar nog?
Wie praat over water spreekt in technische taal. En dat zorgt voor afstand en daarmee voorspelbare desinteresse. Dat is een gemiste kans. We moeten ons allemaal veel drukker maken om ons water. We drinken het, zwemmen erin, bouwen dijken tegen te veel en vrezen het tekort, maar wat weten we ervan? Waterkwaliteit, waterveiligheid en waterbeheer zijn geen bijzaak, maar een harde noodzaak. Zonder doordacht waterbeleid stagneert alles: onze gezondheid, economie en het milieu.
Neem de kwaliteit van ons water, hoe goed is die? Vanaf de kant zie je niet hoe slecht de sloot of rivier eraan toe is. Zal wel goed zijn, denken we al snel. Wat onzichtbaar is wordt vaak vergeten, maar medicijnresten, microplastics en chemische stoffen uit industrie en landbouw belasten onze waterzuivering en bedreigen zwem- en drinkwater. Rivieren fungeren als levenloze brede afvoerbuizen voor onze vervuiling. Is dat wat we willen?
De doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) dwingen Nederland om - voor 2027 - de waterkwaliteit drastisch te verbeteren. Vrijwel al onze wateren scoren (chemisch en/of ecologisch) onder de maat. Maar cijfers maken geen emoties los. Water moet gewoon schoon en veilig zijn, voor nu en voor de generaties na ons. We moeten het zien, ruiken, voelen, ervaren. Een sloot vol leven, helder zwemwater, drinkwater zonder zorgen, dat is waar het om draait. Dát is het verhaal wat we moeten omarmen, in plaats van weer te mopperen op zogenaamd opgelegde regels vanuit Brussel (ze zijn er niet voor niets!)
Nu extreme neerslag en droogte steeds normaler zijn, worden onze steden geconfronteerd met overstromingen, dijkdoorbraken en wateroverlast. Toch zijn veel mensen zich amper bewust van hun afhankelijkheid van stevige dijken en functionerende gemalen en rioleringssystemen (Lang leve de waterschappen!). Gemeenten moeten investeren in de sponswerking van de stad, maar ook bewoners kunnen bijdragen, bijvoorbeeld door tuinen te ontharden. Hup, die tegels eruit! In Engeland wordt een tegeltaks overwogen, in Nederland onderzoekt Groningen of grootschalig tegelgebruik kan worden ontmoedigd via de hemelwaterverordening.
Ondertussen dreigt ook een onzichtbare crisis: watertekorten. Droogte zorgt voor dalende grondwaterstanden, funderingsproblemen en verzilting van landbouwgebieden. Maar wie voelt dat? Pas als we begrijpen dat dit effect heeft op drinkwatervoorziening, op de staat van onze huizen, op de prijs van ons voedsel, op de natuur om ons heen, wordt het een verhaal waar we ons in herkennen. En ons hard voor willen maken.
Wat mij betreft begint de oplossing bij het aanwakkeren van hernieuwde interesse in ons water. Hoogste tijd om los te komen van de cijfers en technisch jargon en te beginnen bij verhalen vanuit de menselijke maat. Niet alleen weten dát een rivier gezond moet blijven, maar ook voelen wáárom dat belangrijk is. Weten leidt tot waarderen en waarderen leidt tot beschermen.
Want wie houdt van water, zal het nooit als vanzelfsprekend beschouwen.